Gringo pero Chapín

19-03-2019

Op 14 oktober 2018 is het percentage blanken in San Miguel verdubbelt. Na mijn komst was de pastoor niet langer de enige vreemdeling. Dat is hij echter al even niet meer. Al 33 jaar woont hij hier fulltime.

Zatteklap

Dat maakt mij de enige extranjero, vreemdeling. Dat laat men merken ook. Een avondwandeling door het dorpscentrum betekent aangesproken worden door minstens vijf straalbezopen Miguelenen. Voor de doorsnee dronkaard is evenwicht houden in combinatie met niet in de broek plassen een heuse karwei. Stinkend naar bier, zweet en urine roepen ze mij dan, willen een hand geven en een gesprek voeren.

In het begin trapte ik nog in het hand geven. Nu laat ik me niet meer pakken. Eens ze me vasthebben, laten ze niet meer los. Dan kan ik geen kant meer op, ik ben aan hen vastgekluisterd. De stankwalm overvalt me wanneer ze van veel te dicht bij mijn gezicht een conversatie willen voeren, hopend herinnerd te worden aan betere tijden, tijden als migrant in de Verenigde Staten.

Elke conversatie gaat hetzelfde. Eerst ben ik een slecht uitgesproken friend van wie een vriendelijke lach en enkele woordjes Engels dat ze verstaan verwacht wordt. Nadat ik duidelijk maak dat ik geen gringo, Amerikaan, ben en geen zin heb met hen te spreken degradeer ik tot hey man! Sommigen worden boos dat ik weg wil, anderen proberen me vriendelijk bij hen te houden. De handsituatie is bij allemaal hetzelfde: die kan ik enkel vechtend terugkrijgen.

Eerder deze week at ik een tamal in het centrum. Terwijl het blad met maïsmassa aan het uitlepelen was kwam een kleine man, van ver zienbaar zat en naar rum ruikend, naast me zitten. Daarna tegen me en zelfs rond me. Terwijl ik de tamal opat voelde ik zijn handen op mijn rug, schouders, armen, nek, tot net niet in mijn avondmaal.

Van zodra ik klaar was met eten verplaatste ik me, de man negerend. Ik praatte met enkele nuchtere mensen maar hij bleef me aanstaren, van zo dichtbij mogelijk. Mensen rondom ons heen lachten met de situatie, al vond ik het niet grappig. Ik had er genoeg van. Dus begon ik te stappen. Op de voet gevolgd door de man wiens missie het was me zo goed mogelijk te observeren. Rennen was de enige mogelijkheid, dus dat deed ik dan maar. Binnen de kortste keren was ik hem kwijt.

Voorvallen zoals deze maak ik elke keer weer mee. Ik probeer het zo licht mogelijk op te vatten. Ik wil het hen niet kwalijk nemen, ik val op met mijn uiterlijk en daar is geen ontkennen aan.

El extranjero

Enkele maanden voor mijn vertrek naar Guatemala zat ik met een gekleurde vriend op het terras van een café. We babbelden, dronken iets, het was een toffe avond. Hij zei me dat een man een beetje verder vreemd naar hem keek; en dat dat hem vaker overkomt, door gekleurd te zijn. Dat lang niet elke Belg blij is met diversiteit. Ik stond versteld, kon het bijna niet geloven. Ik vond het spijtig te horen en hoopte dat het niet meer zou gebeuren.

Nu kijk ik helemaal anders terug op die herinnering. Elke persoon die me hier ziet staart, soms seconden lang en met open mond. Soms krijg ik een bange blik, soms een boze. Soms staat men abrupt stil, soms weet men niet meer wat te antwoorden wanneer ik buenos días zeg. Aan deze uiteenlopende reacties ben ik ondertussen gewend. Mensen die vreemd naar me kijken door mijn huidskleur deren me niet meer, al voel ik telkens de ogen in mijn rug priemen.

Wat me wel raakt is wanneer met me gelachen wordt. Subtiliteit is een onbekend begrip. Een vinger die naar me wijst gevolgd door gegniffel. Sommigen denken dat ik geen Spaans spreek en zijn dus ook niet beschaamd vlak bij me over me te spreken. Niemand denkt dat ik Mam spreek. Spaanse conversaties veranderen opeens naar de inheemse taal om een lachbui te veroorzaken en dan terug naar Spaans te veranderen. Wel jokes on you, Mam ben ik aan het leren, wanneer het over mij gaat weet ik het. Zelfs bij mijn zogenaamde vrienden en op de werkvloer gebeurt het. Elke keer weer komt het aan als een mes in mijn keel.

Naar aanleiding van mijn ervaringen tijdens de afgelopen maanden heb ik me vaak de vraag gesteld waar de grens van racisme ligt. In Guatemala is dat alleszins niet dezelfde als in België. Niet weinig wordt ervan uit gegaan dat ik bepaalde zaken niet voel, wil of kan omwille van mijn huidskleur. Koude zou voor mij een onbekend begrip zijn. Ik eet enkel brood en kaas. Een veld omspitten of groenten planten is niets voor een gringo. Men doet uitspraken die hier erg normaal zijn, waar je in andere landen berecht voor kunt worden.

El Guatemalteco

Ondanks die zaken zegt men wel dat ik al chapín, Guatemalteek ben. Veel van mijn manieren zijn met de tijd die ik hier al ben veranderd. Zo kom ik bijna nooit meer op tijd, wat een tijdverlies is dat zeg! Om een voetbalwedstrijd om 17 u te spelen zal ik om 20 na vijf vertrekken. Dan nog kom ik als één van de eersten toe.

Daarnaast ben ik grootste fan het Guatemalteekse eten. Tamalesayote con helote, tortillas, tacos, mosh, atól,... Ik zal het missen na mijn vertrek. Maar goed, dat is nog even.

In de tussentijd bereid ik me best voor op de cultuurshock wanneer ik terug richting België ga.

Nog twee maand en ik ben te zien op de GF!!
Ik kijk er al sinds kerst naar uit...
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin